Afgelopen november zijn de resultaten van de Aedes Benchmark 2021 gepubliceerd. Eén van de onderdelen is het prestatieveld Duurzaamheid. Onze klanten kunnen jaarlijks hun rapportages vanuit Vabi Assets Energie aanleveren om mee te doen aan dit onderdeel. Dit jaar was het extra spannend. Er was immers afgesproken in het Klimaatakkoord dat de sector in 2021 gemiddeld label B over de voorraad moest halen. Het beeld van de voorgaande jaren was positief, maar met de nieuwe manier van meten volgens de NTA 8800 kon de praktijk er nog wel eens anders uit gaan zien. In dit artikel lees je de belangrijkste resultaten van het prestatieveld Duurzaamheid voor 2021.
Corporaties blijven onverminderd veel inspanningen leveren om hun huurwoningen energiezuiniger en comfortabeler te maken. De doelstelling om de woningen te verbeteren naar gemiddeld energielabel B met een bijbehorende Energie-index (EI) van 1,4, is daarmee behaald.
De verduurzaming van de woningvoorraad vraagt echter om forse investeringen van corporaties. Die zijn ook dit jaar toegenomen. De investeringen in energetische maatregelen namen toe met 48 euro per vhe.
De analyse van de duurzaamheid van de voorraad is gebaseerd op ruim 2 miljoen woningen. Veel corporaties zijn afgelopen jaar bezig geweest met het op orde brengen en aanvullen van de onderliggende gebouwdata. 97 procent van de woningen is aangeleverd op basis van de nieuwe methodiek. Corporaties geven hierbij aan dat ze ook dit jaar nog nodig te hebben om de onderliggende datakwaliteit verder te willen verbeteren.
Van Nader Voorschrift naar NTA 8800
Vanaf 2021 geldt een andere systematiek voor de labelbepaling, die niet vergelijkbaar is met de oude methode. Daarnaast zijn er vanuit het Klimaatakkoord uit 2019 andere eisen aan het meten van verduurzaming gesteld. Zo geldt er een nieuw isolatiebeleid: de standaard en streefwaarden. De duurzaamheidsprestatie werd in de periode 2017 tot 2020 met twee indicatoren gemeten: de Energie-Index en de CO2-uitstoot van de warmtevraag (van gas en externe warmte). Vanaf 2021 zijn deze veranderd en is er en derde indicator toegevoegd: de isolatieprestatie.
Resultaten Aedes Benchmark 2021: de energetische prestatie (indicator van het energielabel)
De indicatie van het energielabel geeft nog steeds een integrale beoordeling van de energetische prestatie van woningen. De benchmark laat zien dat dit (op basis van een prognose van de ontwikkeling van de gemiddelde EI NV tussen 2016 en 2020) dat de doelstelling gemiddeld label B (EI van 1,4) eind 2021 werd gerealiseerd.
Sinds 1 januari 2021 wordt het energielabel echter anders berekend en uitgedrukt in het theoretisch primair fossiel energiegebruik per vierkante meter. Dit is gebaseerd op de kwaliteit van de isolatie, installaties en de aanwezigheid van zonnepanelen. Hoe lager de waarde, hoe beter de energetische prestatie van de woning.
De gemeten gemiddelde primaire fossiele energievraag (EP2) is halverwege 2021 op basis van 97 procent van meer dan 2 miljoen corporatiewoningen 205 kWh/m2.
Andere opvallende zaken:
- Inmiddels heeft 80 procent van de corporatiewoningen een HR107-ketel.
- De nieuwe aansluitingen op externe warmteleveringen en warmtepompen blijven nagenoeg gelijk
- Op ruim 67.000 woningen zijn zonnepanelen geplaatst, dit is een forse stijging ten opzichte van andere jaren
- Zonnecollectoren worden in veel mindere mate toegepast. Het aandeel woningen met een mechanisch ventilatiesysteem groeit
De isolatieprestatie
Sinds dit jaar meet Aedes ook de isolatieprestatie van de voorraad, namelijk de zogenaamde Standaard en Streefwaarden. De Standaard is een maximale warmtevraag per woning in kWh/m2, afhankelijk van het bouwjaar, bouwtype en de compactheid van de woning. De Benchmark vergelijkt corporaties op de gemiddelde afstand tot de isolatiedoelstelling uitgedrukt in de warmtevraag van de gebouwschil in kWh/m2. De afstand tot de Standaard is in onderstaande grafiek weergegeven:
Meer dan de helft van de woningen voldoet of zit binnen 50 kWh/m2 van de Standaard af. Bij meergezinswoningen ligt dit percentage hoger dan bij eengezinswoningen. Bij vooroorlogse woningen voldoen relatief veel woningen aan de Standaard. Dit komt omdat de maximum waarde van de Standaard voor vooroorlogse woningen hoger ligt dan voor naoorlogse woningen.
CO2-uitstoot
Ook de berekening van de CO2-uitstoot is afgelopen jaar veranderd. Anders dan afgelopen jaren worden corporaties vergeleken op de gemiddelde werkelijke directe CO2-uitstoot. Hierbij wordt gekeken naar de gasgebruiken en elektriciteitsgebruiken uit het jaar 2019 die beschikbaar zijn bij het CBS. Een deel van de corporatiewoningen (8 procent) is aangesloten op een systeem van externe warmtelevering. Zij hebben hiervoor aanvullende gegevens aangeleverd.
Nu verder
Met de behalen van de doelstelling naar gemiddeld label B in 2021 is er een traject afgerond. In het Klimaatakkoord zijn nieuwe afspraken gemaakt, met name op gebied van isolatiewaarden. 2021 was het eerste jaar langs de nieuwe meetlat en geeft een eerste beeld van de nieuwe prestatievelden. Wil je in 2022 weer meedoen met de Aedes Benchmark? Zorg dan dat je de onderliggende gegevens goed op orde brengt. Je krijgt dan een betrouwbaar beeld van de energieprestatie en de isolatiewaarden van je woningen. Hiermee kun je ook starten met het maken van een betrouwbaar energiebeleid, bijvoorbeeld op basis van de NTA 8800. Hoe je je data op orde brengt, lees je hier.